Zeg je Black Friday, dan zeg je eeuwenlange wishlists, overvolle winkelwagens en…een lege portemonnee. Maar waar komt het vandaan dat we zo dol zijn op het scoren van de beste deals? En is dat het enige dat ons doet klikken op die ‘bestel nu’-knop? Het antwoord is nee.

Wat is FOMO en hoe beïnvloed het Black Friday aankopen?

Natuurlijk voelt het goed om een item te scoren zonder de volle prijs te betalen, maar er is nog iets anders dat ons soms doet kopen wat we eigenlijk niet nodig hebben (wie heeft er nou een zelfroerende mok nodig?). Dat is waar FOMO om de hoek komt kijken, oftwel ‘Fear of missing out’…een term die Gen Z’er en jonge Millenials de afgelopen jaren maar al te vaak gebruikten (staat het al in de Dikke Van Dalen?)

Maar hoe zorgt FOMO ervoor dat we sneller iets kopen? Dat heeft allemaal met ons brein te maken. Wanneer we op social media scrollen en overspoeld worden met video’s van ‘influencers’ die de leukste gadgets, kleren of vakanties hebben dan hebben wij het idee iets te missen. Psychologen noemen dat social proof, als je ziet dat honderden mensen iets kopen, denkt jouw brein automatisch: “dit moet goed zijn, ik wil erbij horen”. Combineer dat met schaarste (“nog maar 2 stuks beschikbaar”) en urgentie (“tot middernacht geldig”) en je hebt de perfecte storm.

Daar bovenop komt nog een shot dopamine. Niet eens zozeer van dat product zelf, maar van het idee dat je misschien iets bijzonders scoort. Onderzoek laat zien dat ons beloningssysteem juist aangaat bij de verwachting van een beloning, niet per se bij het krijgen ervan.

JOMO: de tegenbeweging die je campagne kan versterken

Maar waar FOMO ons vooral opjaagt om niets te missen, is er ook een tegentrend ontstaan: Joy of missing out (JOMO). Steeds meer consumenten kiezen bewust voor rust en genieten juist van het níet meedoen.

Waar FOMO ons drijft door angst om iets te missen, gaat JOMO juist over het plezier dat mensen ervaren door bewust dingen te laten liggen en te kiezen voor rust, tijd en aandacht voor zichzelf. Ook dit activeert ons brein, in plaats van een shot dopaminepiek van iets missen, ervaren we een gevoel van controle en tevredenheid over onze keuzes (of het niet hoeven maken van keuzes).

Wat betekent dit voor marketeers?

Kortom: waar bij de ene consument FOMO aanzet tot een aankoop, werkt bij de ander juist JOMO beter. Mensen waarderen merken die hen keuzes geven zonder druk te zetten en dat is precies waar marketeers slim op kunnen inspelen.

Door slim gebruik te maken van social proof, schaarste en urgentie kun je de FOMO-consument subtiel triggeren. Tegelijkertijd kun je JOMO-consumenten aanspreken door keuzes duidelijk te maken en druk te vermijden, bijvoorbeeld door transparante informatie en opties te bieden. Op die manier creëer je campagnes die verleiden, zonder dat klanten het gevoel krijgen gemanipuleerd te worden.

Uiteindelijk draait het om de balans: wie FOMO en JOMO begrijpt, kan consumenten activeren én vertrouwen opbouwen. Zo wordt die ‘’bestel nu”-knop onweerstaanbaar, terwijl klanten tevreden blijven met hun keuze en jouw merk!